Stroom

Stromend water
in de ouwewijvennajaarszon
Dat loopt door ons Lindenpark
Meanderend
Met stenen
En bankjes langs de oever
Met aan de andere kant de markt
Vroeger was het toch wel anders
Het was de vuile stroom en recht
Met afvalkleuren rood en paars
Het afval van de IFF
“ho stop, kom niet bij het water”
Als kind hoorde ik die kreet
Nog vaak voordat ik met mijn fietsje
Bij ons de poort uit reed
De vuile stroom die is gevaarlijk
Hij stroomt hard en is zo vies
En als je kind eens zou verdrinken
Is dat een groot verlies
Toch had de stroom ook iets mystieks
Ik droomde dat ik als een vis
Kon ademen onder water
Tussen ranonkel, lelie, lis
Ik zag grote en kleine vissen
In mijn dromen erg vaak
Prachtige kleuren
Zeemeerminnen
Nee, geen één ging aan de haak
Vuil heet nu de voorste
De stroom is niet meer recht
Meanderend door het Oisterwijkse
Voor de tweede keer verlegd
Dus zittend op dit bankje
Aan die vuile voorste stroom
Denk ik aan het “recht” van vroeger
Maar ook gekronkeld voelt als “home”

Terug naar alle gedichten van Karin van den Heuvel